Istock 1480102738

Duurzame gedragsverandering in afvalbeleid

We werken hard aan de vermindering van het restafval om de VANG-doelstellingen te halen, maar er moeten nog grote stappen gezet worden. Diftar helpt, en ook nascheiding is mogelijk een deel van de oplossing, vooral in sterk stedelijke gebieden. Maar of inwoners daadwerkelijk hun afval succesvol verminderen en scheiden, hangt toch echt af van hun houding en gedrag. Daarom zijn wij voorstander van het integraal meenemen van gedragsverandering in het afvalbeleid. Niet makkelijk, wél nodig. We zetten de drie belangrijkste stappen op een rij.

Waarom zou je gedrag meenemen in afvalbeleid?

Bij het verbeteren van afvalinzameling richten we meestal onze aandacht op het bevorderen van kennis van de inwoners. Echter, 95% van ons gedrag is onbewust. Puur het overbrengen van informatie heeft dus te weinig effect op het gedrag. Vooral de inrichting van de dagelijkse omgeving, overtuigingen, gewoonten en vaardigheden vervullen een essentiële rol in hoe inwoners zich gedragen. Door inzicht in deze dagelijkse praktijk, weet je als gemeente wat er echt speelt en wat er nodig is in beleid en dienstverlening.

Waar zit de uitdaging?

80% van de inwoners wil wel, maar …

  • weet niet hoe (b.v. "welk afval hoort waar?" of " hoe werkt een afvalpas?"),
  • mist de juiste vaardigheden (kan b.v. geen Nederlands spreken), of
  • weet niet dat ze het verkeerd doen (b.v. speelgoed bij PMD doen).

Echter, 20% van de inwoners krijgen vaak de meeste aandacht door de grote weerstand die zij tonen. Wij zijn van mening dat je als gemeente de meeste impact kunt hebben door juist te focussen op de 80% en de context van deze groep inwoners. Hierdoor zal de groep die wel wil veranderen, maar nog niet weet hoe, zijn of haar gedrag aanpassen.

Door het afvalbeleid aan te passen aan de omgeving, motivatie, patronen en vooral het onbewuste gedrag van deze 80%, gaan ze afval beter scheiden. Dit kan bijvoorbeeld door het plaatsen van GFT-zuilen bij de hoogbouw van sterk stedelijke gebieden, zodat het gemak om afval te scheiden wordt verhoogd.

Op de lange termijn realiseren we dan minder restafval, dus een verlaging in milieu-impact, maar ook reële of minder verwerkingskosten van restafval. Dit komt overeen met de punten uit de afvaldriehoek.

Drie stappen

Je kunt als gemeente dus past echt een succesvol afvalbeleid realiseren als je de motivatie, omgeving en dagelijkse praktijk van deze inwoners begrijpt. Daarom maken wij gebruik van de volgende stappen:

1. Doelgroep en uitdaging in kaart brengen

Vanuit de eerste uitvraag of probleemstelling, kunnen we overzichtelijk en eenvoudig de '80% doelgroep' in kaart brengen. Zodat je kan verkennen waar de uitdaging zit en op een juiste manier met de doelgroep in gesprek gaat. Hiermee kun je de exacte uitdaging bepalen.

2. Toepassingen bedenken

Zet communicatie breed in. Geef aan wat de voortgang is, wat het oplevert en wat mensen kunnen doen. Kies het communicatiemiddel dat de doelgroep het meeste aanspreekt. Of richt de omgeving samen met de inzamelaar in, afgestemd op de doelgroep. Denk aan afvalcoaches, rolmodellen of handhaving. Ook sorteeranalyses kunnen zinvol zijn, om te bepalen welke stromen aandacht nodig hebben.

3. Evalueren en bijsturen

Test je toepassingen. Waar nodig stuur je bij of maak je aanpassingen. Liefst samen met de doelgroep en inzamelaar, en (weer) voorzien van de juiste communicatie en hernieuwde dienstverlening.

 

Onze ervaring leert dat deze stappen onmisbaar zijn voor een succesvol afvalbeleid. Heb je vragen of wil je eens sparren over de aanpak? Neem dan contact met ons op, we delen graag onze kennis.

Deel